Kinder- en jeugdpsychiater Fetsje Harmanny schrijft in haar artikel ‘In de greep van sexting’ (Nederlands Dagblad 28 april) over uitwassen van het internet. Zij vraagt zich af wat je hier tegenin kunt brengen. Bij deze een paar inzichten en handreikingen.
- Complex probleem
Het probleem dat Fetsje schetst is een complex probleem. Advies om geen Snapchat of Instagram te gebruiken, wordt door jongeren niet opgevolgd. Daarin zit een paradox. Het is beter voor jongeren om niet online te gaan, maar hun online leven afpakken is hun hele leven afpakken. Barack Obama verwoordde het ooit zo: ‘Online zijn is voor onze kinderen zo normaal als stromend water of elektriciteit. Het is hun lucht, hun zuurstof om de dag door te komen.’ - Het nieuwe flirten
Voor jongeren is sexting als flirten 2.0. Aandacht trekken bij leeftijdsgenoten. Experimenteren. Uit onderzoek blijkt dat het een onderdeel is in de ontwikkeling van de seksuele identiteit bij jongeren. Tegelijkertijd hebben ze moeite om de gevolgen van hun gedrag te overzien. Bij sexting kan dit meteen verwoestend zijn als blijkt dat de persoon voor wie je sexts bedoeld zijn, ze buiten jou om verspreidt. Dan komt je naaktfoto opeens op Snapchat terecht. Of gaat de foto rond in de WhatsAppgroep van school. - Veel jongeren hebben ermee te maken
Het actualiteitenprogramma EenVandaag deed vorig jaar onderzoek onder hun jongerenpanel. Een kwart van de jongeren geeft aan een naaktfoto van zichzelf te hebben. 18 procent heeft deze ook gedeeld. Girlscene deed onderzoek onder drieduizend tienermeisjes. Een kwart van die meiden zegt wel eens een naaktfoto van zichzelf te hebben gemaakt. En één op de vijf heeft deze foto doorgestuurd.
Ook onder christelijke jongeren komt dit voor. Een meisje van zestien dat op een reformatorische school zit, vertelde mij onlangs dat ze
minstens twee keer per maand een naaktfoto ontvangt. Een dominee vertelde dat zijn kinderen ook via WhatsApp naaktfoto’s ontvangen. - Het het is strafbaar
Jongeren denken: ‘leuk, een naaktfoto, even doorsturen.’ Maar je pleegt een strafbaar feit. Alle seksueel getinte afbeeldingen waar
minderjarigen op staan zijn volgens de wet kinderporno. En het maken, verspreiden of bezitten van kinderporno is strafbaar. Jongeren weten dit meestal niet. Zorg voor bewustwording onder jongeren. - Mediawijs opvoeden
Minister Grapperhaus van Justitie schreef op 30 april in zijn column dat de bestrijding van de uitwassen van het internet met mediaopvoeding thuis begint. Ouders die ik tegenkom, voelen zich ongemakkelijk om zich te bemoeien met hun kind en hun mobiel. Maar ook op dat leefgebied zijn ze opvoeder. Ik raad ouders aan geen digileek te blijven, maar samen met je kind de online wereld in te stappen. Mediawijs opvoeden is: voordoen, samen ontdekken, afspraken maken en begrenzen, coachen en loslaten. Geef aan dat wanneer het online misgaat ze altijd, maar dan ook écht altijd, bij je terecht kunnen. En leer ze deze ene regel: verwijder naaktfoto’s die je ontvangt direct én stuur ze nooit door. - Preventie en voorlichting
Voorlichting en preventie zijn erg belangrijk. In het onderzoek van EenVandaag geeft 67 procent van de ondervraagde jongeren aan geen voorlichting te hebben ontvangen. 64 procent van de jongeren vindt dit wel nodig. Een belangrijke taak voor ouders, opvoeders, docenten en professionals. Laat jongeren weten dat sexting grote gevolgen kan hebben en het verstandig is om geen naaktfoto’s te maken. - Richt je op de doorstuurders
Ik wil positief eindigen. Als we ervan uitgaan dat jongeren negatief te beïnvloeden zijn, kunnen we ze ook positief beïnvloeden. Waar veel campagnes zich richten op het slachtoffer van sexting, richten wij onze voorlichting op degene die de foto ontvangt en doorstuurt. Want die persoon heeft de sleutel in handen om verspreiding tegen te gaan. Daarom hebben wij samen met jongeren de videoclip ‘Keuzestress’ gemaakt. Mijn hoop is dat jongeren deze clip zien en keuzestress krijgen bij het ontvangen van een naaktfoto. En dan de goede keuze maken.
Dit artikel is als opinie artikel verschenen in het Nederlands Dagblad van 8 mei 2018.